Om in aanmerking te komen voor hypotheekrenteaftrek bij een familiehypotheek, moet de afgesproken rente ‘zakelijk’ ofwel marktconform zijn. Dat betekent: de rente moet vergelijkbaar zijn met wat een bank zou rekenen voor een lening met vergelijkbare voorwaarden en risico’s.
De Belastingdienst kijkt o.a. naar:
- Het bedrag van de lening ten opzichte van de woningwaarde (LTV)
- De looptijd en rentevaste periode
- Of er een hypotheekrecht wordt gevestigd
- Het inkomen en vermogen van de lener
- Of de lener in aanmerking zou komen voor NHG (Nationale Hypotheek Garantie)
Heeft je kind bijvoorbeeld wél recht op NHG bij een gewone bank en dus op een lager rentetarief, dan verwacht de Belastingdienst dat de familiehypotheek niet fors duurder is. Een rente die veel hoger ligt dan het NHG-tarief is dan lastig te onderbouwen, tenzij er écht meer risico of afwijkende voorwaarden zijn.
